Vanaf hartje Arizona naar Las Vegas

25 oktober. We hebben internet en dus gelegenheid om onze ouders even te skypen en de digitale verjaardagsgroeten voor Rhianne live in ontvangst te nemen. Skypen duurt meestal langer dan gepland, zo ook vandaag en pas een halfuur na de uitchecktijd van 11.00 uur is de auto weer ingepakt en kunnen we op weg. We hebben een aardig stuk te rijden vandaag en willen ook nog wat kleine uitstapjes maken. Het is een beetje bewolkt en door een stevig buitje krijgt de omgeving een duidelijke opfrisbeurt. Onze eerste stop is bij het fort in Camp Verde wat jammer genoeg op deze dinsdag gesloten is. Door goed te gluren door de ramen van de historische gebouwen en het museum kunnen we toch nog wat zien van het oude fort. Voor de bijhorende gevangenis uit 1933 gebruiken we dezelfde methode. Even buiten Camp Verde is Montezuma Castle te zien.

Dit is één van de overblijfselen van een in de bergwand gebouwde nederzetting door de Sinagua Farmers. Deze, op dertig meter boven de vallei hangende pueblo, telde oorspronkelijk vijf verdiepingen en twintig ruimtes variërend van opslag tot kook-, woon, en slaapverblijven. Geschat wordt dat de Sinagua Farmers hier tussen 1100 en 1400 gewoond hebben. Ook de overblijfselen van het grotere maar minder bewaarde “Castle A” zijn nog zichtbaar. De overige ruïnes in de omgeving zijn niet te bezoeken. We verlaten het park en vervolgen onze weg richting Peyson. De door ons zelf benoemde platgeslagen cactussen zien we steeds meer en de weg maakt flinke stijgingen. Net na de kruising met highway 87 gaat het flink stijl omlaag. Er is van alles gedaan om de snelheid te verminderen zoals de irritante maar blijkbaar noodzakelijke veiligheidsribbels. We komen in het plaatsje Strawberry en de meeste mensen zullen geen woordenboek nodig hebben om te weten dat de op vele gebouwen de rode vrucht is terug te vinden. We missen het leuke toegangsbord en maken een extra rondje om deze alsnog op de foto te krijgen.

Net buiten dit plaatsje zit een antiekshop die niet alleen oude rommel verkoopt maar ook echt leuke wild west spulletjes. We shoppen even rond en kunnen verklappen dat de vitrinekast in Nieuwegein weer iets verder gevuld wordt… Pas tegen vieren komen we aan in Peyson. Hier bezoeken we het visitorcentrum en de supermarkt en gaan dan vlug verder naar richting het Roosevelt Lake. Net achter Jakes Corner lijkt het of iemand cactussen ingezaaid heeft. Vele tientallen exemplaren vaak van meer dan vier meter hoog doemen op in het landschap en deze raken we ook niet meer kwijt. Samen met de ondergaande zon is dit een fascinerend gezicht. Het begint al goed donker te worden als we bij het meer aankomen. We moeten nog een plekje zoeken voor de nacht en hopen dit op een camping te doen. Hier blijken we wederom een permit voor nodig te hebben die we vijf mijl verderop in een restaurant kunnen kopen. Even twijfelen we om een Inn te nemen aangezien het begint te onweren maar na het horen van de prijs van ruim zeventig dollar kiezen we toch voor de camping. Deze kost slechts drie dollar en dat is voor budgetreizigers een veel aangenamere prijs! In het pikkedonker, straatlantaarns zijn hier namelijk schaars, zoeken we een plekje op de bijna verlaten camping, geen idee hebbende waar we precies staan. De onweer trekt weg zonder dat er regen is gevallen. De harde wind heeft er voor gezorgd dat we geen kampvuur kunnen maken en dus eten we koud in de auto. Als het verslag weer een beetje is bijgewerkt gaan de stoelen omlaag en slapen maar. Totale afstand vandaag: 165 mile.

26 oktober. Als we wakker worden blijken we in het Chipmunk rondje, midden op de camping te staan. Gek genoeg staan we bijna naast een kleine begraafplaats met acht kruizen die ons in het donker helemaal niet opgevallen was. Nu is het een beetje bewolkt en verder zonnig. De wind is volledig weggevallen en we kunnen prima eten aan de picknicktafel terwijl de zon aardig brandt op onze ruggen ondanks het vroege tijdstip. Als de auto is ingepakt rijden we een rondje over de camping om te zien wat we nog meer gemist hebben. Dit waren voornamelijk boothellingen. We rijden tot vlak op het water en laten dan de camping voor wat het is. Er zijn namelijk leukere dingen te zien vandaag, zoals het Tonto Monument. Deze goedbewaarde cliff dwellings zijn tussen de 12e en 14e eeuw gebouwd het Salado volk. Met een trail tegen de berghelling op zijn deze rotswoningen ook te bezoeken. Het is echt uniek om zo’n goedbewaarde pueblo in te kunnen en deze trail blijkt ook niet altijd open voor publiek. We zien hoe een bergdorp er uit zou hebben gezien, inclusief gangen naar de verschillende huizen toe. Er zijn ‘huizen’ van twee verdiepingen en er is zelfs een kamer te zien met originele ondergrond inclusief vuurplaats. Het geeft ons een goede indruk hoe de Salado’s geleefd hebben. Voor de wetenschap is het tot op de dag van vandaag onbekend waarom het volk deze plaats rond 1400 verlaten heeft. Wij zijn het er over eens dat het niet aan het fantastische uitzicht over de vallei gelegen heeft.

Op de weg naar beneden zien we een collared lizard, een hagedis die zich rennend op zijn kikkerachtige achterpoten voortbeweegt. De volgende stop is de Roosevelt dam, in zijn huidige vorm daterend uit 1989. Toen is de oude dam uit begin 1900 opgehoogd, aangezien de verwachting was dat deze te laag zou worden. Bij de dam start ook de Apache Trail, die we gaan rijden. Deze trail inmiddels 44 mijl lang werd geleden eerste gebruikt door de Apache Indianen en later bij het aanleggen van de dam is deze verbreed tot weg om bouwmaterialen aan te voeren. Vanaf deze zijde is de weg tot ongeveer twintig mijl verderop onverhard. Door de droogte van de laatste tijd is ze prima te berijden met onze twee wiel aangedreven Hyundai. De gravelweg voert ons door een landschap waar de cactus het beeld bepaald. De één is nog hoger en dikker dan de ander en sommige zijn wel tien meter hoog.

Het recreatiegebied bij Apache Lake is niet heel speciaal. Het waait hard en er is weinig te beleven, waarschijnlijk omdat het hoogseizoen voorbij is. Het recreatiegedeelte kan wel een opknapbeurtje gebruiken en ook de vriezer is niet alles meer. De ijsjes die we kopen komen uit een vriezer die ook de ontdooistand kent. Van Erwins ijsje is niets over en hij mag gelukkig een andere kiezen. Op een gegeven moment komen we bij de Fish Creek Hill. Deze steile klim wordt volgens de waarschuwingsborden overwegend éénbaans. Het landschap is hier veranderd naar canyons en uitgeslepen ‘grotten’ in de kalkstenen bergen. Het is een mooie slingerende weg omhoog die uiteindelijk uitkomt bij een uitzichtpunt. We besluiten om de helling ook naar beneden te doen, zodat Erwin ook kan zien hoe steil de afgronden zijn en van het uitzicht kan genieten. Aangezien we toch niet hard mogen rijden neemt Rhianne het sturen even over. Zolang Erwin wat bij blijft remmen gaat het allemaal goed. Het passeren van auto’s valt reuze mee, het is op veel plekken een brede eenbaansweg en met een beetje vooruit kijken is prima te zien of er een auto aan komt. De waarschuwingen dat je op sommige plekken achteruit zou moeten om iemand te kunnen passeren vielen ons wel mee.

Net nadat het asfalt weer is begonnen zien we een gedeelte wat is afgebrand. De cactussen liggen er zielig bij en de bomen zijn zwart geblakerd. Een triest gezicht. Het eerste gehucht wat we tegen komen is Tortilla Flat. Dit was vroeger een pleisterplaats waar koetsen stopten. Nu is het volledig toeristisch gericht. Het restaurant heeft een bar waar je op zadels kan zitten. Die hebben wij uiteraard even getest onder het genot van wat drinken en een burger met frietjes en mayo, dat is lang geleden! Een ander bijzonder punt is dat het restaurant en de naastgelegen winkel van binnen helemaal en dan ook echt helemaal beplakt zijn met bankbiljetten. Dit zijn overwegend één dollar biljetten met een naam en datum er op. Er zijn ook veel buitenlandse briefjes zoals een briefje van 25 gulden en één van de eerste twintig euro biljetten. De toiletten zijn versiert met uitbundige cowboys en cowgirls.

Het laatste stuk van de Apache Trail slingert nog wat verder. We passeren een plek waar de laatste resten van een vulkaanuitbarsting zijn te zien. En dan komen we aan bij onze overnachtingsplek, de camping van het Lost Duchtman State Park. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is hier nooit een Nederlander verdwaald. Het heeft te maken met een Duitser die hier een goudmijn zou hebben gevonden, maar niemand heeft deze mijn ooit gevonden. Op de camping doen we een poging om de tent weer op te zetten. De wind maakt het er niet makkelijker op en de eerste regenspetters zorgen ervoor dat de tent nog niet ideaal staat als het donker wordt. Gelukkig blijft het bij deze twee spetters en trekt er wederom een bui onweer langs ons heen. Als het droog is wordt het kampvuur opgestookt voor ons avondeten en grote stenen worden gepakt als stoel. We maken ons op voor een avondje kampvuur. Helaas denkt het weer daar anders over. Net als de soep en worstjes warm zijn begint het hard te waaien en vallen er grote spetters regen naar beneden. Als een speer bouwen we de auto om tot restaurant en eten we binnen. Het blijft hard waaien en er zit niets anders op dan te pendelen tussen auto en kampvuur om eieren te koken, thee te zetten en warm te blijven. Rond negen uur volgt de derde verbouwing van vandaag en wordt onze multifunctionele auto weer omgetoverd tot hotelkamer. Zo slecht slaapt die nog niet met de banken bijna horizontaal plat. Totale afstand vandaag: 52 mile.

27 oktober. Als we opstaan is het fris. De wind is minder krachtig dan gisteren maar nog steeds aanwezig en de zon is nog verstopt achter een grote berg. We maken dus brood klaar in de auto en gaan dan, na het terugbouwen van de auto meteen op pad. We rijden een paar honderd meter en zijn dan in Goldtown, een oud goudzoekerstadje wat nieuw leven is ingeblazen door het toeristisch te maken. Aangezien de meeste winkels en activiteiten pas over een uur open gaan doen we eerst een rondje door het stadje. Eigenlijk is het een hoop antiek bij elkaar, auto’s, uithangborden, werktuigen, enz. De gevels van de winkeltjes zijn mooi gerestaureerd. We kopen bij de plaatselijke bakker een heerlijk kaneelrol en kunnen dan voor zeven dollar p.p. een kijkje gaan nemen in de oude mijnschacht. Gelukkig maakt de gids er een Amerikaanse uitgelaten en overdreven show van want verder stelt de halfuur durende trip niet erg veel voor.

We brengen nog een kort bezoek aan het kleine museum, kopen nog wat souvenirtjes en houden het dan voor gezien. We stappen in de auto en rijden via de erg drukke highway naar de grootste stad van Arizona, Phoenix. Hier gaan we direct naar het festival van de jaarlijkse Arizona Statefair. We weten niet precies wat ons te wachten staat, behalve dat we een rodeo kunnen zien en verder zijn we erg nieuwsgierig. Vanuit de verte zien we twee grote reuzenraderen staan en als we dichtbij genoeg zijn kunnen we voor vijf dollar onze auto parkeren bij één van de vele privéparkeerplaatsen. Dat scheelt vijf dollar en wij happy. Binnen een paar minuten zijn we bij de kassa waar we nog een financiële meevaller hebben. Tussen twaalf en één wordt de toegang van tien dollar p.p. niet gevraagd en we kunnen dus gratis naar binnen. Dit zijn festivals waar wij van houden! Net als het balloonfiëstapark in Albuquerque is ook het State Fair Park een vast terrein. Op het Statefair terrein is een kabelbaan, een grote tribune waar de rodeo gehouden wordt, verschillende beursgebouwen met winkels en stallen. En zo’n beetje alle ruimte die over is, is volgestouwd met allerhande kermisattracties. Er blijken zelfs drie reuzenraderen te zijn, een wildwaterbaan, achtbanen, glijbanen en nog veel meer. Blijkbaar zijn Amerikanen naast draaien en zweven ook dol op eten. Er zijn ongelofelijk veel eetkraampjes waar hamburgers, aardbeiencake en als absolute favoriet grote kalkoenpoten worden verkocht. Deze worden als ware Flinstones naar binnen gewerkt. Natuurlijk mogen de grote bekers met frisdrank niet ontbreken. Ook lopen er tientallen mensen rond met mansgrote knuffeldieren die gewonnen zijn bij één van de attracties. Onze eerste doel de Highschool Rodeo. Verschillende scholen nemen het tegen elkaar op in verschillende paardrijdisciplines. Zo is er het slalommen met een paard, geitjes strikken en stieren vangen met een lasso. Het meest spectaculaire onderdeel vinden wij het berijden van wilde paarden en stieren en waarbij de ruiter van het zadel wordt gelanceerd naar verloop van tijd.

Onder het genot van een Indian Taco genieten we van de show. Na een uurtje hebben we even genoeg gezien en gaan de rest van het terrein verkennen aan de hand van het programmablaadje. We zien een korte maar spectaculaire indianendans waarbij vooral de dans met acht hoepels indruk maakt. We kijken nog even naar een typisch overdreven American style kalkoenenrace. Hierbij rennen een aantal kalkoenen achter een op afstand bestuurbare bigfootauto aan met maïskorrels in de bak, wat een vermaak. Tegen de tijd dat de zon ondergaat gaan we helemaal naar de achterkant van het terrein om straattheater van letterlijk en figuurlijk hoog niveau te zien. Er is een acrobaat die op zijn kop gaat staan op een stapel stoelen, een danseres die met een katoenendoek en een hoepel op grote hoogte danst en een slungelige jongleur die werkelijk in alle standjes kan jongleren met drie tot vijf ballen. Achter zijn rug, met een been in zijn nek, met één hand, werkelijk ongelofelijk knap. Op het eind van de show gaat de acrobaat nog één keer op zijn kop staan maar dan op een hoogte van ruim dertig meter. Na de show verplaatsen we ons met de stoeltjeslift terug naar de andere kant van het terrein. Bij de ondergaande zon kunnen we een aantal schitterende foto’s en overzichtsfilmpjes maken.

Om onze knorrende magen het zwijgen op te leggen halen we bij één van de standjes, hoe kan het ook anders, een kalkoenpoot. Van een aantal Amerikaanse vrienden krijgen we gebakken aardappelsliertjes aangezien ze het grote bord zelf niet leeg krijgen. Als we volledig verzadigd zijn lopen we terug naar de auto. Hier blijken de parkeertarieven ondertussen verdubbeld te zijn en de beheerder legt uit dat de prijs stijgt naar beschikbaarheid. Via een supermarkt rijden we naar het plaatselijke jeugdhostel en we voelen ons daar gelijk helemaal thuis. Het enorm knusse huis is erg gezellig. We kunnen aanschuiven bij het avondeten en worden gelijk voorgesteld aan de andere gasten. Een medewerker vertelt ons van alles over Phoenix en geeft allerlei andere gevraagde en niet gevraagde informatie. Onze privékamer is ruim genoeg, alleen de toiletten en douches hebben niet erg veel privacy. Moe maar voldaan duiken we ons bed in. Totale afstand vandaag: 72 mile.

28 oktober. Koen heeft een tip gekregen voor een project waar hij mogelijk nog wat kan betekenen met zijn verdiende geld. Dit is een inloophuis voor dakloze jongvolwassenen. Door veelal een zeer slechte thuissituatie komen deze jongeren op straat terecht en in dit project wordt geprobeerd om ze weer enig toekomstperspectief te geven. Op het kantoor van de stichting Tumbleweed, waar het project onder valt, krijgen we meer informatie. Daar horen we dat het project gedeeltelijk wordt ondersteund door de overheid en verder afhankelijk van bijvoorbeeld kledinggiften en gelddonaties. We rijden naar het huis om te spreken met de staf daar. We zien een aantal jongeren bezig met het opzetten van een kunstgalerie. Het maken van kunst is naast het geven van eten en noodzakelijke kleding en toiletartikelen een van de belangrijke methodes om in contact te komen en te blijven met de jongeren. Het huis is alleen een dagopvang, slechts heel zelden zijn er avonden waarop de jongeren blijven slapen. Op de vraag waar het meeste behoefte aan is wordt geantwoord sokken, ondergoed, toiletartikelen en daarnaast spullen om kunst te maken zoals verf, kwasten en schetsboeken. Voor het eerst kan Koen overleggen met Lilly waar hij zijn geld aan uitgeeft. Samen komen ze tot de conclusie dat ze sokken functioneel vinden en kunstspullen een mooie lange termijn investering. De medewerkers hebben zelf een adres op internet gevonden waar ze sokken en ondergoed spotgoedkoop kunnen kopen en daar plaatsen we dan ook meteen een order voor dames- en herensokken. We gaan naar een grote hobbywinkel om materialen voor het maken van de kunst te kopen. We hebben gehoord dat ze over een maand naar een nieuw gebouw toe gaan en daar willen we wat mee. De canvasdoeken zijn bij afname van grote aantallen flink afgeprijsd en we beslissen tot de aankoop van twintig doeken ter grote van ongeveer A3. Met de aanschaf van een aantal kwasten en acrylverf in de primaire kleuren zijn we door het budget heen. Nu kunnen ze twintig lijsten maken voor in het nieuwe huis.

Deze spullen brengen we nog net voor sluitingstijd naar het Tumbleweed kantoor en de mensen hier zijn er erg blij mee. Voldaan gaan we met zijn vieren op zoek naar een lekkere avondmaaltijd. Deze vinden we op de Mexicaanse markt en bestaat uit rijst, taco’s en nopalito. Wij dachten dat dit laatste iets van boontjes was, aangezien het ook zo smaakte. Maar het blijkt cactus te zijn, erg smakelijk en zeker een aanrader. Dan is het voor Erwin tijd voor een bezoek aan de kapper of beter gezegd deze keer de barbier. Op aanraden gaat hij naar downtown barbershop naast het dure San Carlos hotel en wordt geschoren door de vijfde generatie van deze kappersfamilie. Het lijkt erop dat het uitleggen van de gewenste lengte deze keer wat soepeler gaat. Aangeven de kortste stand maar niet kaal komt het meest in de buurt van één millimeter en scheelt gehannes met de lengte in inches. Echter de kortste stand op dit scheerapparaat voor kaal is echt héél kort. Met haar dat waarschijnlijker korter is dan een halve millimeter staat Erwin een halfuur later weer buiten. Met een bijzonder korte kop maken we ons op voor het avondprogramma van de state fair terug. We parkeren de auto net buiten de betaald parkeren zone en gaan via de grote veestal naar binnen. We vallen met onze neus in de boter aangezien er een spectaculaire “het mooiste varkentje verkiezing’ aan de gang is. (Lees hier, kinderen die proberen met een stokje een varken zo mooi mogelijk langs een jurylid te laten lopen. Ondanks dat er beste mooie speklapjes rondlopen hebben we het snel gezien. Vanavond is er in de grote arena Indian Rodeo. In principe hetzelfde als gisteren maar dan van hogere kwaliteit. Na de rodeo gaan we ons geluk proberen op de kermis. Vooral Erwin wil een enorm grote knuffel winnen waarmee veel mensen rondlopen.

Bij het ring gooien om colaflesjes zijn we er erg dichtbij en dit geldt ook voor het balletjes gooien via een schuin bord in een wasmand. Maar voor het eerst zijn we blij dat we niets winnen. Het scheelt een hoop logistieke problemen! Als we even hebben staan kijken bij de grote hypnose show krijgen we alweer trek. We eten nog een enorme funnelcake met aardbeien en slagroom. Dit gefrituurde beslag is nog het beste te vergelijken met een grote wafel en erg lekker. Erg tevreden over ons bezoek aan de fair rijden we terug naar het hostel. Totale afstand vandaag: 32 mile.

29 oktober. Vandaag vieren we de derde dag van Rhianne haar verjaardag. We hebben hier twee activiteiten voor uitgezocht in de omgeving van Clarkdale. Voor we daar heen rijden maken we een klein rondje door Phoenix om te gaan tanken. Aangezien het prijsverschil in deze grote stad per gallon varieert van $3.19,9 tot $3.49,9 is rondshoppen geen gek idee. Met ons ANWB lidmaatschap willen we nog wat gratis wegenkaarten halen bij de AAA, de Amerikaanse ANWB maar helaas is het kantoor op zaterdag dicht. Rond negen uur verlaten we Phoenix via highway 17 naar het noorden. De mijlen schieten onder de wielen door en na een steile klim, waar geadviseerd wordt de airco uit te schakelen in verband met oververhitting en een flinke afdaling zijn ineens alle grote cactussen verdwenen. Hier verschijnt een nieuw heuvelachtig landschap, soms is moedernatuur wel heel abrupt. Binnen twee uur rijden we de camping in het Death Horse State Park op. We lokaliseren alvast de plek waar we vannacht slapen, om bij terugkomst het zoeken in het donker te voorkomen en gaan dan naar het treindepot van de Verde Canyon Railway. We gaan een treintrip van vier uur maken door de canyon en naar verluidt moet deze fantastisch zijn.

We checken in en zien hoe geprobeerd is het Duitse Oktoberfest na te maken. Conclusie erg simpel. Zure kool wat er net iets anders uit ziet dan normaal en lokaal gebrouwde ‘Duitse’ biersoorten. Om kwart voor één mogen we gaan boarden. Aangezien er bij het reserveren er alleen nog eerste klas plaatsen beschikbaar waren gaan we een prachtige coupé binnen. Als de trein vertrekt wordt er champagne gereserveerd en niet lang daarna wordt het kleine loopbuffet geopend. Dit bestaat uit sandwiches, nootjes, gebraden kippenvleugeltjes, toastjes, olijven, augurken, wortelen, selderie en hele bijzondere brownies. Een prima aanvulling op de chips die al op de tafel staat. We kopen een magazine waar de route in staat uitgeschreven en aan de hand van de mijlpaaltjes kunnen we de route volgen. Aan de dichte coupé zit een open panoramacoupé vast waardoor we prima foto’s kunnen maken en optimaal kunnen genieten van de werkelijk prachtige omgeving. We zien meerdere mooie rotsformaties, een korte tunnel, en een aantal bruggen waarmee de canyon overgestoken wordt. Het traject wat afgelegd wordt maakt deel uit van het spoor tussen Clarkdale en Drake. Deze trein stopt op het voormalige station van de Perkinsville Ranch.

Na een korte stop, waarbij de locomotief met Amerikaanse visarend, aan de andere kant van de trein wordt gekoppeld aanvaarden we de terugreis. Als toetje op de toch al mooie taart zien we nog een mooie visarend langs de Verde River zitten. Terug in Clarkdale rijden we direct door naar de Blazin’M Ranch. Hier hebben we een diner met aansluitend een cowboyshow. Het ranchterrein wordt verkend in één van de passagiersaanhangers van een oude trekker. We zijn gelijk lekker in de stemming. Op het buitenterrein zijn allerlei leuke winkeltjes en kunnen onze cowboyvaardigheden bijgespijkerd worden. Er kan geschoten en lasso geworpen worden. Dat werpen blijkt nog best lastig. Na een paar pogingen strikt Rhianne de kunststier en Erwin komt niet verder dan de hoorn van deze stier en Lilly die achterop zijn eigen rug zit. Om half zeven gaan de deuren van de eetzaal open. Er staan meerdere rijen met houten picknicktafels en vlakbij het podium nemen we plaats. We maken kennis met onze tafelgenoten, een koppel uit de staat Washington en een koppel uit Canada. Deze avond is nog specialer dan de andere avonden aangezien deze volledig in het teken van Halloween staat. De verkopers uit de shopjes die ook blijken te bedienen zijn verkleed in allerlei vreemde creaties wat het geheel tot een gezellige boel maakt. In strikte volgorde mogen we ons bord met eten gaan halen welke gevuld wordt met gepofte aardappel, koolsla, boontjes, een bun, een sparerib en een half kippetje. Deze gaat er maar net in bovenop alles wat we al gegeten hadden in de trein. Voor het toetje, bestaande uit appelpie en een cakevinger, moet echt ruimte gemaakt worden. Na het eten begint de show van de Blazin’M cowboys. Een koppel van drie doorgedraaide cowboys en een cowgirl vermaken het publiek met gitaarspel en veel grappen en grollen. Speciale aandacht wordt geschonken aan alle jarigen en jubilarissen die voor het podium mogen gaan staan. Laat Rhianne nou opgegeven zijn als jarige! Natuurlijk zingt de hele zaal ze toe en krijgen ze een echte Blazin’M Ranch feestmuts.

Veel te snel naar onze zin is de avond om negen uur voorbij. We kopen nog wat souvenirtjes waaronder een ‘Magic Flipflop Hat’ en gaan dan naar de camping terug. Hier wordt snel de auto omgebouwd tot hotel en gaan we slapen. Totale afstand vandaag: 125 mile.

30 oktober. Deze zondag is weer eens een ‘we doen het lekker rustig aan’ dagje. Als we om half negen uitgeslapen zijn maakt Rhianne een heerlijke fruitsalade en werkt Erwin het verslag bij. Het is heerlijk warm in het zonnetje en dat voor de op één na laatste dag van oktober ook wel eens lekker. Als we goed opgewarmd zijn rijden we naar Jerome een bergstadje net buiten Clarkdale. Dit stadje is een voormalig ghosttown wat in ere hersteld is met nog veel oude accenten. We hebben gehoord dat hier morgen wat te doen moet zijn met Halloween maar dat blijkt niet zo te zijn. Daarom verkennen we nu gelijk het stadje, zodat we morgen niet meer hoeven. Er zijn vooral veel kunstwinkeltjes te zien maar kunstmoe als we zijn slaan we de meeste over. Er is nog wel een grappig kerstwinkeltje en de plaatselijke toyshop is onze favoriet. We worden onthaald met een supersonisch luchtkanon en we schieten een luchtgeveerde raket de afzuiginstallatie in. Voor we nog meer brokken maken gaan we bij de buurman een lekker ijsje halen waar een bolletje zo groot is, als minimaal drie bollen in ons kikkerlandje. Dat is pas waar voor je geld krijgen! Op de terugweg naar de camping rijden we via Cottonwood om boodschappen te doen. Bij de Safeway maken we gelijk gebruik van de Wi-Fi om een stel foto’s te back-uppen. Doordat we hier stroom hebben en op de camping niet, laden we gelijk de waterdichte camera en de laptop weer op. We kunnen terug naar “The Death Horse”camping, prepareren bij daglicht alvast ons avondeten en werken onze achterstand van het verslag weg. Als het donker is gaat het kampvuur aan, het eten erop en met het vuur komt ook gelijk de warmte. Totale afstand vandaag: 25 mile.

31 oktober. We hebben een griezelspannende dag voor de boeg, vandaag is het namelijk HALLOWEEN! Het lijkt wel of we er alvast over gedroomd hadden want beide hebben we niet werelds geslapen. Gelukkig is het weer erg zonnig en de zon nodigt ons uit om in korte broek de auto uit te komen. De ochtend doen we, de andere helft van het rustig aan doen van gisteren en zoeken weer een groot aantal foto’s uit en werken het verslag bij. In de middag gaan we naar een van de grootste antiekwinkels die we gezien hebben in Arizona, die in Clarkdale gevestigd is. Ruim een uur vermaken we ons in de winkelruimte, de tuin en een stal en schuur achter de winkel. In grote, zo ongeveer het zelfde als in de bezochte antiekwinkel in Canada, alleen beter geordend en wat duurder. We slagen erin om een mooi indianen muziekinstrument te kopen en ook Koen en Lilly weten voor weinig geld antiek elektra aan te schaffen. Hiervoor moet hij wel beloven dat hij dit zelf draagt aangezien het elektra gewicht in onze tassen aardige proporties begint aan te nemen. Hierna rijden we naar het dorpsplein van Old Clarkdale. Hier wordt vanavond het Halloweenfeest van het dorp gevierd. We strijken neer op een bankje en terwijl wij proberen onze route voor de komende tien dagen te plannen verschijnen er steeds meer spookjes, pompoentjes en andere figuurtjes op het plein. Hoewel het voornamelijk kinderen zijn die verkleedt zijn, zien we ook veel ouders uitgedost in niet alledaagse kledij. Het lijkt wel carnaval, waarbij alleen de confetti ontbreekt. Lang niet iedereen is ‘eng’ verkleed. Er zijn ook genoeg elfjes, supermario’s en zelfs een legoblokjes familie.

Om zes uur, als de zon onder is en de maan verschijnt, begint het programma. In vier leeftijdscategorieën gaan de uitgedoste mensen langs een jury waarbij de drie origineelste per categorie een prijs krijgen. Wat erg leuk is dat samenwerking tussen ouders en kind(eren) ook beoordeeld wordt. Als de prijzen uitgedeeld zijn begint het ‘trick and treat’.De kinderen mogen langs de deuren gaan om zoveel als mogelijk snoep te verzamelen. Dit gaat dan in pompoenemmertjes, rugzakken of een andere (grote) opslagcapaciteit. De politie heeft de betreffende straten afgezet en dat is maar goed ook aangezien overal kinderen rennen. Terwijl wij ook door de straten struinen, eten we een met karamel en nootjes versierde Halloweenappel en dragen een uitdeelzak met chips mee. Veel huizen zijn gaaf versierd en bewoners delen dozen met snoep uit aan de honderden kinderen die langskomen. Wij delen onze zakjes uit aan de allerkleinste (en liefste) kinderen. Dit leidt vaak tot leuke reacties van de ouders. We voelen ons met de verjaardagsmuts en cowboyhoed helemaal thuis in het bonte gezelschap. Als we alle zakjes kwijt zijn gaan we naar de plaatselijke eterij om een pesto pasta te bestellen. Eenmaal terug op de camping eten we deze op. Dan maken we de auto gereed om te slapen en sluiten na een enge dag onze ogen. Totale afstand vandaag: 12 mile.

1 november. De eerste dag in november begint met een beetje sluierbewolking waar de zon zich achter verstopt. Dit zorgt ervoor dat het wat fris is als we opstaan. Toch mogen we voor november niet klagen. Lees we kunnen ook een lange broek en trui aandoen… De spullen worden ingeruimd en we verlaten wederom een camping. Als we net na negenen de weg opdraaien zien we een coyote diezelfde weg oversteken. Via het postkantoor in Old Clarkdale rijden we naar Jerome. Hier pikken we Mingus Mountain Scenic Road op, een prachtige weg door de bergen richting de Prescott Valley. Het hoogste punt van deze berg ligt op 7023 feet. De bewegwijzering is niet heel geweldig. Vooral niet omdat er in plaats van steden vaak alleen kruisingen en wegen staan aangeven. Bij Ash Fork pikken we weer een klein stukje van de oude Route 66 op. Iets verder gaan we het Yavapai indianenreservaat binnen en de eerste plaats die we tegenkomen is Seligman. Hier is de Route 66 Association van Arizona opgericht, die zich inzet voor het behoudt van de overgebleven stukken van de route. In dit plaatsje start tevens het langste nog bestaande stukje van de Moeder der wegen van Amerika. Tot aan Kingman is Route 66 nog negentig mijl lang.

Er zijn een aantal souvenirwinkeltjes en de beroemde cafetaria van Angel Delgadillo waar we een ananasshake halen. In lijn met de traditie grapt de medewerker met een nepmosterd en biedt stro in plaatst van een rietje aan. (Beide beteken straw in het Engels, hihi). Het volgende stuk gaat door voornamelijk dor grasland naar de Grand Canyon Caverns. We zien net als in Amerikaanse films de dorre struiken over de weg vliegen. Het is erg uitgestrekt en de zon brandt behoorlijk. We stoppen ook nog even in het Hualupai visitorcentre in Peach Spring. Dit is erg groot maar alles behalve authentiek. Wat volgt is echt een dodelijk saai stuk van route 66. Gelukkig komen we de Hachberry Generalstore nog tegen met een opgepoetste Corvette uit 1957. Binnen is een winkel annex museum gevestigd. Het laatste stukje voor Kingman zien we nog een aantal lange goederentreinen langskomen, waarvan sommige worden voortgetrokken door acht locomotieven. Kingman is onze laatste bestemming van vandaag en in het bezoekerscentrum informeren we naar een goede en niet te dure slaapplek voor vannacht. Met een aanbod van meer dan dertig motels en hotels is dit niet erg lastig. Het bezoekerscentrum wat gevestigd is in een oude elektriciteitscentrale bevat ook een Route 66 museum. Na vieren is dit gratis dus we gaan gelijk even kijken. Van een vrijwilliger krijgen we twee pijlpunten als souvenir. Onze slaapkeuze is uiteindelijk gevallen op de Rodeway Inn. Voor 45 dollar, inclusief zoet ontbijt krijgen we een kamer met twee kingsize bedden, koelkast en magnetron. Terwijl Koen en Lilly vast in het eerste bed duiken, gaan wij op de tweede veel foto’s uitzoeken en back-uppen. De worstjes worden vandaag klaar gemaakt in de meest budgetvariant van magnetron die we gehad hebben. Een draaiknop voor de tijd, geen lampje, geen draaiplateau en geen piep als de tijd om is. Buiten gaat het flink stormen terwijl wij binnen de overgebleven Halloweentaart op eten. De kleurstoffen kunnen nooit erg goed voor een mens zijn aangezien onze mond helemaal zwart kleurt. Totale afstand vandaag: 209 mile.

2 november. Doordat de kussens een beetje dik waren hebben we niet heel geweldig geslapen en zijn we vroeg op. Dat is maar goed ook want om kwart over acht staat er iemand aan de deur te kloppen en te roepen “Housekeeping!”Hadden we nog geslapen waren we zeker wakker geschrokken. Het ontbijt is meer dan karig. Er liggen alleen mini koffiebroodjes en er staat een thermoskan met koffie. Voor mensen die weinig koffiedrinken eigenlijk geen keus dus, maar theezetten in de magnetron gaat ook prima. Op internet proberen we nog wat slaapplaatsen via couchsurfing vooruit te boeken tot en met San Francisco en dan kunnen we weer op weg. Tijdens het inpakken van de auto waaien de lege theebekertjes de lucht in door de harde wind, die het ook vrij koel houdt. Wij laten ons er niet door tegenhouden en gaan naar de McDonalds voor de Arizona hamburgertest. Het restaurant heeft nog hout voor de ramen zitten van de nieuwbouw, maar binnen is het prima. De hamburger kost gemiddeld, is gemiddeld belegd en smaakt gemiddeld. Dit houdt in: één augurk, beetje droog broodje, het vlees even karig en dit alles wordt gecompenseerd door de hoeveelheid saus. Voor we vertrekken kopen we nog een indianensouvenir en gaan dan op weg naar Grand Canyon west. Het eerste idee was een indianenervaring bij de Hualupai stam maar dit is zo gecommercialiseerd en duur dat we het overslaan. We rijden wel die richting op om de, naar wij denken, reuze hoge Joshua bomen te zien. Als in het dorre en uitgestrekte landschap eindelijk bomen beginnen te groeien blijken we ons verkeerd ingelezen te hebben. De mammoetbomen staan onder andere in het Sequoia en Kings Canyon National Park en de Joshua Tree is een gemiddeld hoge boom met een bijzondere vormgeving. Het is een kale boom met aan de uiteinde van de dikke takken een cactusachtige plant. Het was zeker het omrijden waard maar niet wat we eigenlijk wilde zien. Voor we wegrijden nog even een typische foto uit deze streek. De brievenbussen van de mensen in het achterland staan gegroepeerd zodat de postbode wat minder mijlen hoeft af te leggen en op de achtergrond duizenden bomen.

We keren om en rijden aan op Las Vegas via highway 93 en de blackmountains. Dertig mijl voor de grote stad brengen we een bezoek aan de machtige Hooverdam in de Coloradorivier. Dit is één van de dammen waarmee de eens zo machtige rivier getemd is. De tussen 1936 en 1939 gebouwde dam van 221 meter hoogte bevat 6,6 miljoen ton beton. De boogdam wordt ook gebruikt om elektriciteit op te wekken en we willen graag even in de dam het elektriciteitsstation kijken. Helaas zijn we net te laat en moeten we een andere keer terug om naar binnen te kunnen. We maken nog wat foto’s en trotseren de winderige Mike O’Callaghan-Pat Tillman Memorial Bridge. Deze brug is vorige jaar geopend en ontlast de dam van verkeersdruk én geeft een machtig gezicht over de dam.

Via de dam rijden we de staat Nevada in en zien gelijk ons eerste wildlife hier. Tegen de bergwand staat een groep bighorn schapen te grazen. Nu op naar Las Vegas! Ondanks het spitsuur zijn we binnen een uur in de stad en op de zo beroemde ‘Strip’ met alle casino’s, lichtjes en hotels. Er zijn meer dan 150.000 hotelkamers in Las Vegas en we hebben ons laten vertellen dat doordeweeks voor maximaal dertig dollar in luxe kamers boven de casino’s geslapen kan worden. We verwachten dus weinig problemen en hebben niets geboekt van te voren. Helaas lopen de komende uren wat anders dan gepland. De prijzen blijken namelijk nergens te zien en dus gokken we aan de hand van onze blauwe Lonely Planet waar we het beste heen kunnen. De eerste poging doen we bij het machtig grote CircusCircus. Als we hier na een tijd wachten eenmaal aan de beurt zijn blijkt een kamer 150 dollar plus tax te kosten, slik een beetje boven budget. Op de parkeerplaats gaat de laptop open en met Wi-Fi zoeken we andere hostels op. Doordat deze verbinding wegvalt, moeten we ons verplaatsen naar de McDonald’s, die wij tegenwoordig McWi-Fi noemen. We vinden een goedkope plek met veel kamersvrij aan de andere kant van de stad. Helaas is het die kant op filerijden geblazen en duurt het bijna een uur voor we daar zijn. Ondanks dat de website wat anders zegt hebben ze alleen nog rookkamers voor 80 dollar terwijl internet zegt 20 dollar voor niet roken. Pfff. Als we boeken via internet krijgen we de lage prijs. Nog voor we dit hebben kunnen doen verkopen ze de laatste kamers aan iemand die naast ons staat. Het zit ons flink tegen! Een nieuwe Mac wordt gevonden en we zoeken verder. Veel hotels blijken vol te zitten ondanks dat het doordeweeks is. Uiteindelijk vinden we in downtown een goedkope oplossing die we gelijk boeken. We moeten hiervoor wel weer naar de andere kant van de stad. Deze keer via de highway en wegwerkzaamheden. Uiteindelijk hebben we om negen uur een slaapplek voor de nacht maar de beloofde Wi-Fi werkt niet. Nu willen we nog even van de stad gaan genieten en stappen de auto weer in aangezien we wat ver weg zitten van het feestgedruis. We rijden wederom een file in en kunnen dan gratis parkeren bij het dure Bellagio hotel. Om tien uur lopen we de boulevard op en zijn net op tijd om de fontijnshow van dit hotel te zien. We lopen door de straat en door de casino’s die in elkaar overlopen. Overal is muziek en dans en de straat kunnen worden overgestoken met bruggen. Overal worden handenvol kaartjes met schaars geklede prostituees uitgedeeld. Uiteraard alleen het visitekaartje met de prijs en het telefoonnummer. Bij één van de casino’s kunnen we gratis spelen en winnen we vouchers om binnen verder te spelen. Uiteindelijk zijn we om 1.00 uur ’s nachts terug op de hotelkamer, niets gewonnen, niets verloren maar wel een leuke avond gehad. Totale afstand vandaag: 193 mile.

3 november. Door de super donkere gordijnen kunnen we lekker blijven slapen tot negen uur. We doen rustig aan aangezien we pas om 12.00 uur hoeven uit te checken. We gaan een nieuwe poging doen om in een beter hotel, voor minder te gaan slapen. Hiervoor settelen we ons uiteraard weer bij de McDonalds. Voor de show kopen we deze keer een kleine frisdrank. Die we natuurlijk wel vier keer gratis navullen. (In Amerika is dit toegestaan mits je het restaurant niet verlaat). We vinden iets nieuws aan de rand van ‘The Strip’ en kunnen om 15.00 uur inchecken. Mooi nog even de tijd om Las Vegas bij daglicht te bekijken. We rijden naar het uiterste puntje van de Las Vegas boulevard om op de foto te gaan met het beroemde welkomstbord. Natuurlijk willen we een foto met ons beide en dus vragen we iemand te hulp die de foto kan maken. Iemand met een bordje “volunteer” hapt toe en maakt wat foto’s. Terwijl we checken vraagt hij ineens een fooi. Mooi niet, er zijn genoeg andere mensen die een foto willen maken en zo best zijn de foto’s niet.

Net voor we weer de auto instappen, stopt er een andere auto waar een bruidspaar uitstapt voor een fotomomentje. Het koppel is nog clowneske dan de overige gasten, als ze maar gelukkig zijn! Met een kleine omweg droppen we de auto in de selfparking van het super grote Tropicana hotel en gaan te voet de zuidkant van de strip bewonderen. In het gigantische MGM hotelcasino verdwalen we. We komen uit bij het zwembad in plaatst van de straat. Gelukkig vinden we deze terug anders hadden we M&M World gemist. Dat is echt een gave winkel van de gekleurde-niet-in-de-hand-smeltende-snoepjes. Ze hebben er ongelofelijk veel merchandising en zelfs de mogelijkheid om M&M’s met eigen tekst te maken. Wij houden het bij het samenstellen van een zakje met exotische kleuren en smaken die we nog nooit in Nederland gezien hebben. De mogelijkheid om met twee M&M mascottes op de foto te gaan laten we schieten maar we kijken nog wel even naar de 3D film I Lost my ‘M’. Een tien minuten durende thriller waarin een rode M zijn M verliest en samen met een andere gele M zijn M weer terug vindt.

Eén deur verder vinden we een andere mooie shop namelijk die van Coca Cola. Ook hier veel merchandise variërend van shirts tot servies en zelfs een 11-delige modelspoortrein die met ruim 500 dollar een beetje boven budget was. We maken nog wat foto’s van het Hardrockcafé en het Harley Davidson barrestaurant. Dan lekker op naar het nieuwe hotel. Hier wederom een tegenvaller. Het hotel is al wat ouder en de beloofde flatscreen TV toch dikker dan wij dachten en zeker tien jaar oud. Ook de koelkast behoord in tegenstelling tot het geboekte niet tot het interieur. Maar goed, we hebben wel weer twee kingsize bedden en hebben dus de ruimte om even lekker uit te rusten. In een supermarkt sprokkelen we een gefrituurde kip, slakit en yoghurt bij elkaar om met een stevige bodem de hoofdprijs te gaan winnen in een casino. De bedoeling is niet al te lang te gaan en gelukkig rijdt het verkeer wat soepeler dan gisteren. De auto verblijft deze avond in de parkeergarage van het Treasure Island hotel en wij lopen via de dure speeltafels naar de voorkant van het hotel. Voor de tweede keer vallen we met onze neus in de boter. De grote openlucht piratenshow begint namelijk binnen vijf minuten. Deze spectaculaire dansshow met een erotisch tintje bevat het nodige gespetter en vuurwerk en is zeker de moeite waard om met nog honderden andere mensen te bekijken. We lopen de Strip af en zien bij het The Mirage hotel wederom een openlucht show ditmaal met een vulkaan, fonteinen en gasbranders. De choreografie met de muziek is geslaagd te noemen.

Bij de McDonald’s met een reusachtig grote discoënde gele neon M voor de deur doen we onze Nevada hamburgertest. Dit keer besteld met een patatje, drinken en speeltje. De kenners weten dan, aha een Happy Meal. Nou van de hamburger worden wij niet happy. Het dunne droge geval smaakt niet erg best en er zit meer saus buiten het broodje dan er tussenin. Voor het eerst deze reis delen we een onvoldoende uit. Een kijken of we meer geluk in het casino hebben. Na een tijdje aan de roulette tafel gekeken te hebben gaan we meespelen. We moeten minimaal tien dollar inzetten en dus kopen we voor twintig dollar muntjes. Dit in tegenstelling tot onze medespelers die soms een maandbudget Cambodja in één keer inzetten. Erwin heeft een voorspellende gave voor wat betreft de kleur en gokt nog een keer het nummer goed. Helaas is dit maar een paar keer en ook Rhianne is niet erg gelukkig. Het moment om te stoppen met acht dollar winst laten we aan ons voorbij gaan en uiteindelijk kost het spelletje 22 euro. We hebben dan wel een poos lol gehad en inmiddels is het ook één uur ’s nachts, iets later dan de bedoeling. Lekker terug naar de auto en tegen de tijd dat we op ons hoofdkussen liggen is het twee uur… Totale afstand vandaag: 23 mile.

Dit artikel is geplaatst in Amerika. Bookmark de permalink.

Geef een reactie